Bescherming van het beroep: melding van illegale uitoefening

Voorafgaande informatie:

Het is belangrijk om het openbaar register te raadplegen om na te gaan of de persoon tegen wie u een klacht indient al dan niet lid is van het Instituut via de volgende link: https://search.itaa.be/nl-nl.

Bescherming van de titels en activiteiten

Wie mag de titel van (fiscaal) accountant, gecertificeerd accountant of gecertificeerde belastingadviseur dragen?

Enkel de personen ingeschreven in het openbaar register met de hoedanigheid van (fiscaal) accountant mogen de titel van (fiscaal) accountant dragen.

Enkel de personen ingeschreven in het openbaar register met de hoedanigheid van gecertificeerd accountant mogen de titel van gecertificeerd accountant dragen.

Enkel de personen ingeschreven in het openbaar register met de hoedanigheid van gecertificeerd belastingadviseur mogen de titel van gecertificeerd belastingadviseur dragen.

Om na te gaan of een persoon recht heeft op het dragen van een beschermde beroepstitel, kunt u het openbaar register van het Instituut raadplegen : https://search.itaa.be/nl-nl.

Krachtens artikel 117, 1° van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur, kan eenieder die een door voornoemde wet beschermde titel draagt zonder te zijn ingeschreven in het openbaar register van het ITAA, strafrechtelijk worden vervolgd.

 

Welke activiteiten zijn wettelijk voorbehouden?

De beroepsactiviteiten, uitgeoefend als zelfstandige voor rekening van derden, als bedoeld in artikel 3, 1° tot en met 8° van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur zijn voorbehouden:

1° de organisatie van boekhoudkundige en boekhoudkundige diensten en advieswerkzaamheden met betrekking tot de boekhoudkundige organisatie van ondernemingen ;
2° het vaststellen van resultaten en het opstellen van jaarrekeningen overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake ;
3° het openen, bijhouden, centraliseren en afsluiten van boekingen voor het opstellen van de rekeningen ;
4° het controleren en corrigeren van alle boekhoudkundige documenten die niet leiden tot een attest of een deskundigenverslag bestemd om aan derden te worden overhandigd ;
5° de analyse, met behulp van boekhoudkundige technieken, van de situatie en de werking van ondernemingen vanuit het oogpunt van hun kredietwaardigheid, en risico’s, die niet leidt tot een attest of een deskundigenverslag bestemd voor derden ;
6° de private en juridische deskundigheid op het gebied van de bedrijfsboekhouding ;
7° elke opdracht bedoeld in 4° tot en met 6° uitgevoerd door een gecertificeerd accountant, andere dan de gebruikelijke beroepsbeoefenaar, die leidt tot een attestering of een expertiseverslag bestemd om aan derden te worden afgegeven ;
8° andere opdrachten waarvan de uitvoering bij of krachtens de wet zijn voorbehouden aan de gecertificeerd accountant.

Wie kan de voorbehouden activiteiten uitoefenen?

Enkel de hieronder vermelde natuurlijke personen of rechtspersonen mogen, als zelfstandige, in hoofd- of bijberoep, voor rekening van derden, de beroepsactiviteiten bedoeld in artikel 3, 1° tot en met 5° van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur uitoefenen :

1° de personen ingeschreven in het openbaar register van het Instituut in hun hoedanigheid van gecertificeerd accountant ;
2° de bedrijfsrevisoren ;
3° de accountants en fiscaal accountants ;
4° de stagiairs, gecertificeerde accountants en (fiscaal) accountants toegelaten om activiteiten voor rekening van derden uit te oefenen ;
5° de erkende rechtspersonen voor zover de natuurlijke personen die deze activiteiten uitoefenen voor de rechtspersonen de hoedanigheid van accountant, fiscaal accountant, of gecertificeerd accountant dragen.

De activiteiten bedoeld in artikel 3, 6° tot en met 8° zijn voorbehouden voor gecertificeerde accountants.

Om na te gaan of een persoon deze voorbehouden activiteiten mag uitoefenen, kunt u het openbaar register van het Instituut raadplegen : https://search.itaa.be/nl-nl.

Krachtens artikel 117, 2° van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur, kan eenieder die voorbehouden activiteiten uitoefent zonder te zijn ingeschreven in het openbaar register van het ITAA , strafrechtelijk worden vervolgd.

Hoe de illegale uitoefening en/of het illegaal dragen van de titel melden?

Elke belanghebbende kan het Instituut op de hoogte brengen van de illegale uitoefening en/of het illegaal dragen van de titel.

Om het Instituut in staat te stellen de melding correct te verwerken, moet de belanghebbende een volledig dossier indienen zoals aangegeven op het hiervoor bestemde formulier.

Ter informatie: het Instituut treedt niet op “voor” de belanghebbende of ter verdediging van deze. In overeenstemming met de wet is het Instituut uitsluitend bevoegd om de professionele belangen van zijn leden te verdedigen en om de naleving van de regelgeving te waarborgen.

Mogelijke acties uitgaande van het Instituut?
De wetgever heeft het Instituut geen specifieke onderzoeksbevoegdheden toegekend in het kader van de bestrijding tegen de illegale uitoefening van het beroep.

Daarom kan deze taak zowel worden uitgevoerd middels het overmaken van relevante documentatie omtrent de illegale uitoefening van het beroep en/of het dragen van de titel, als door de tussenkomst van derden (die daarentegen wel over ruimere wettelijke of reglementaire bevoegdheden beschikken).

Het Instituut kan geval per geval beslissen om:

• Ofwel het dossier zonder gevolg af te sluiten bij gebrek aan voldoende informatie om verdere stappen te ondernemen ;
• Ofwel een ingebrekestelling te richten aan de geïdentificeerde persoon of personen ;
• Ofwel het dossier aan een derde bevoegde partij over te maken, m.n. aan :
o De FOD Economie ;
o Het Parket (verklaring van benadeelde persoon) ;
o de onderzoeksrechter (klacht met burgerlijke partijstelling) ;
• Ofwel rechtstreeks te dagvaarden voor een vonnisgerecht. Als het Instituut over een volledig dossier beschikt dat het in staat stelt om rechtstreeks te handelen, kan het beslissen om een gerechtelijke procedure in te leiden, dit zonder tussenkomst van een tussenpersoon.

Ongeacht voor welke partij wordt gekozen, blijft het Instituut hiermee in contact en wordt op de hoogte gehouden van de evolutie van het dossier om erop toe te zien dat alle nodige stappen worden ondernomen